Tamme Velstra (1943)

Tamme Velstra werd in 1943 in Stiens geboren en verhuisde later naar Baard. Hij won voor de kaatsvereniging uit dat dorpje uit een lijst van 53 parturen in 1960 de tweede prijs op de Freulepartij in Wommels. Bij de junioren was hij met de derde prijs in 1961 en de eerste prijs in 1962 succesvol op het Nederlandse kampioenschap (de Jong ­Nederland partij). In 1961 kwam hij als reserve bij de hoofdklassers en won in dat jaar direct al de tweede prijs op de PC.

Velstra, die ook op atletiekgebied (hardlopen, polsstokhoogspringen en verspringen), bij de voetbalsport (doelman), bij de schaatssport (korte baan) en polsstokverspringen goed uit de voeten kon, was een allround kaatser. Hij was overal inzetbaar. Zijn opslag en zijn perkspel, zowel voor­ of achterin, was van grote klasse. Ook het veldspel van de atletisch gebouwde speler was uitstekend, zijn sprongkracht was enorm, zijn spelinzicht was prima en zijn reactievermogen ongeëvenaard. Dus een complete kaatser, waarbij hij door kenners als de opvolger van de legendarische Hotze Schuil werd gezien. Hij kaatste altijd met volledige inzet, soms iets te onbesuisd, was niet­ beïnvloedbaar en een plezierige maat om mee te kaatsen. Onvertogen woorden zou een medespeler nooit van hem horen.

Velstra, metselaar van beroep, begon als achterinse, maar door een schouderblessure in 1964 werd hij tijdelijk opslager en later nam hij de voorperkplaats weer in en op die plaats zou hij de meeste PC­-prijzen winnen. Na de tweede prijs in 1961, 1965 en 1967 stond hij in 1968 bij de prijsuitreiking op de hoogste trede van het ereschavot en geflankeerd door Johan van Seijst en Johannes Westra mocht hij de koningsprijs, hoewel hij daar geen voorstander van was, in ontvangst nemen.

In 1969 won hij nog de tweede, in 1971 de vierde en in 1973 de derde prijs op de PC. Verder won hij voor de kaatsvereniging ‘Baerd’ tweemaal het Nederlands kampioenschap (in 1964 en 1967) en werd ook twee keer tweede (in 1969 en 1972). Velstra kreeg in 1969 opnieuw last van zijn arm, werd daardoor in 1970 weer opslager en later toch weer voorinse. Maar in 1971 ging het al enigszins bergafwaarts met hem. Ondanks behandelingen door twee sportartsen van zijn armblessure zou hij nooit weer het oude spelpeil halen. De vooral in Harlingen succesvolle kaatser, hij werd daar acht keer koning, kaatste hij desondanks nog door tot 1978 en toen besloot hij zijn achttienjarig optreden op het hoogste niveau te beëindigen. Met 418 punten en 37 koningsprijzen eindigde hij vrij hoog in het puntenklassement aller tijden. Verder won hij het puntenklassement in 1964.

Ook het Belgische spel, het Jeu de Pelote, sprak hem bijzonder aan. Op internationale ontmoetingen blonk hij vaak uit en won hij met de Nederlandse ploeg menige wedstrijd. Tamme Velstra vestigde zich later in Dronrijp. Omdat hij een natuurliefhebber was, hield hij zich vooral bezig met de jacht en het eieren zoeken.